Thema 5. Uiterlijke verzorging
In dit thema werk je aan het onderwerp Uiterlijke verzorging. Hieronder vallen de onderwerpen:
- Mondverzorging
- Haarverzorging
- Oren en hoorapparaten
- Ogen en brillen
- Neusverzorging mondverzorging
- Nagels en schimmelnagels
Je werkt hierbij aan de volgende leerdoelen:
Je kunt het belang van uiterlijke verzorging voor de zorgvrager benoemen.
Je kunt aandachtspunten benoemen met betrekking op de verpleegkundige zorg bij het verlenen van mondzorg bij een zorgvrager.
Je kunt aandachtspunten benoemen met betrekking op de verpleegkundige zorg bij de verzorging van het oog, het oor en de neus van een zorgvrager.
Je kunt aandachtspunten benoemen met betrekking op de verpleegkundige zorg bij de verzorging van het haar.
Je kunt aandachtspunten benoemen met betrekking op de verpleegkundige zorg bij de nagelverzorging.
Voorkennis
Voor dit onderwerp is geen voorkennis vereist.
Voor de les: bestudeer Vilans
Heb je de bovenstaande lesstof uit Vilans bestudeerd?
Stel jezelf de volgende vragen:
Hoe kun je de zorgbehoefte van een zorgvrager inschatten?
Stel je op de hoogte van de zelfzorgmogelijkheden. Welke hulp de zorgvrager nodig heeft, is onder andere afhankelijk van:
Zorgbehoefte met betrekking tot de mond, de ogen, de oren, de neus, het haar en de nagels.
Welke observatiepunten horen daarbij?
Maak vervolgens de kennistoets die bij dit onderwerp past.
Klik hier om naar de map kennistoetsen te gaan.
1. De kennistoets:
- Heb je de kennistoets voldaan? Dan mag je door naar de demo door instructeur.
- Heb je de kennistoets niet voldaan? Dan mag je met ondersteuning van de docent en je medestudenten je kennis gaan bijwerken en het opnieuw proberen.
2. De Demo:
- Zodra je de kennistoets hebt behaald, vraag je of een instructeur of een medestudent een demo kan geven. De demo kan ook bestaan uit videomateriaal.
3. Oefenen:
- Na het behalen van de kennistoets en het bekijken van de demo mag je gaan oefenen met de vaardigheid.
- Let op: Als je de handeling kunt gaan oefenen moet je het volgende meenemen naar de les: 2 handdoeken, shampoo, scheermesje en scheerschuim, tandenborstel en tandpasta, kam of borstel, nagelschaartje en nagelak.
4. Aftoetsen:
- Beheers je de vaardigheid? Vraag de aftoetsing aan bij de instructeur. De instructeur kan jou hiervoor inplannen.
Door naar het volgende thema:
- Heb je de vaardigheid afgerond? Dan kun je door naar een volgend thema uit deze periode.
Evaluatie na de les: Wat heb jij vandaag geleerd?
Evaluatie van het product: Lees de leerdoelen nogmaals door. Kun je deze allemaal beantwoorden?
- Ja? Goed gedaan! Je beheerst het onderwerp voldoende
- Nee? Je bent er nog niet helemaal. Welke leerdoelen ontbreken nog? Zoek de antwoorden hierop op in de protocollen.
Evaluatie van je leerproces: Gebruik voor de evaluatie van de skillsles de onderstaande dobbelsteenvragen. Beantwoord deze voor jezelf.
Bereid je voor op het volgende thema in deze periode en neem daarbij je antwoorden op de dobbelsteenvragen mee.
Extra opdrachten
- Extra opdrachten maak je op aanwijzing van de docent
- Bij dit onderwerp zijn er geen zelfstandige opdrachten.