Ouderen met psychosociale problemen
Bij dit onderwerp hoort de volgende theorie:
Zorg specifiek 4 VP> Verpleeghuizen en thuiszorg: 5. Ouderen met psychosociale problemen.
Bij dit onderwerp horen de volgende doelen:
- De student kan benoemen wat psychosociale problemen zijn en hoe deze kunnen ontstaan
- De student kan benoemen wat coping is en hoe hij deze bij een zorgvrager kan signaleren
- De student kan benoemen hoe hij psychosociale problemen bij een zorgvrager kan signaleren
Bij dit onderwerp horen de volgende opdrachten:
Opdracht 1. Deze opdracht gaat over psychosociale problemen. Bedenk bij alle psychosociale problemen een mogelijke oorzaak, een levensgebeurtenis die hiermee samenhangt en een beschermende factor. Gebruik hiervoor de theorie uit Zorgpad.
Psychosociaal probleem
|
Oorzaak
|
Levensgebeurtenis
|
Beschermende factor
|
Angst
|
Bang voor de dood
|
Verlies van partner
|
Contact met sociaal netwerk
|
Somberheid
|
|
|
|
Eenzaamheid
|
|
|
|
Relatieproblemen
|
|
|
|
Emotionele problemen
|
|
|
|
Zingevingsproblemen
|
|
|
|
|
|
|
|
Opdracht 2. Deze opdracht gaat over coping. Gebruik hiervoor de theorie uit Zorgpad.
- Beschrijf in je eigen woorden wat coping is.
- Doe deze copingtest
- Lees deze 2 casussen. Welke 2 copingsstijlen herken je bij mevrouw De Beste en bij meneer Konings?
Opdracht 3. Deze opdracht gaat over het signaleren van psychosociale problemen.
- Lees Zorgpad> Zorg specifiek 4 VP> Verpleeghuizen en thuiszorg: 5. Ouderen met psychosociale problemen. 5.2 Signalen van psychosociale problemen.
- Kies van de signalen die in deze paragraaf aan bod komen 3 signalen uit. Noteer per signaal de de oorzaken hiervan en hoe je dit als verpleegkundige kan ondersteunen.